Bruine rat

Bruine rat (Rattus norvegicus (Berkenhout))

Orde: Rodentia (knaagdieren)
Familie: Muridae (muizen en ratten)

Ratten zijn zogeheten cultuurvolgers. Dit betekent dat daar waar mensen zijn, ook ratten zijn. Ratten maken onderdeel uit van de (stads)natuur en onze omgeving. We moeten er echter voor zorgen dat de populatie niet zo groot wordt dat zij voor overlast zorgt. Hier kunnen we zelf iets aan doen. Vaak ongemerkt, creëert de mens namelijk een situatie welke ideaal is voor ratten, denk hierbij aan voedselaanbod, schuilgelegenheid en warmte. Wanneer ratten in de omgeving aanwezig zijn waar bovengenoemde factoren gelden, zullen ze zich in de omgeving blijven ophouden en zich voortplanten.

Bekijk onze playlist met informatieve filmpjes over bijvoorbeeld Wat te doen tegen ratten en muizen? en Hoe een klem te zetten? 

Uiterlijk

De bruine rat heeft een stevigere bouw dan die van de zwarte rat, met ook een stompere snuit. Erg kenmerkend is de dikke, vrijwel kale staart die korter is dan het lichaam (17 – 23 cm). Meestal is de rug van de bruine rat grijsbruin en is de buik lichter van kleur. Er komen echter verschillende kleurvariëteiten voor, waaronder albino’s. Volwassen bruine ratten worden gemiddeld 22 – 30 cm en wegen maximaal circa 500 gram. De pasgeboren jongen zijn 3 cm klein, kaal en blind.

Ontwikkeling en leefwijze

Een bruine rat leeft circa 1 jaar, maar de vermoedelijke maximale levensduur is circa 2-3 jaar. Vrouwelijke ratten zijn al geslachtsrijp vanaf 3 maanden en zijn constant bevrucht. Zij hebben maximaal 15 worpen (nesten), met gemiddeld 7-10 jongen per nest. De draagtijd van ongeveer 3 weken, wordt gevolgd door een zoogperiode van 4 weken. Na drie maanden zijn de jongen geslachtsrijp en zullen ook zij nakomelingen krijgen. Mits er voldoende voedsel en nestelgelegenheid aanwezig is, kan een populatie ratten snel groeien en resulteren in een plaag.

Bruine ratten hebben zich over geheel Nederland verspreid en zijn de meest voorkomende rattensoort in ons land. Deze cultuurvolgers hebben een bijzonder groot aanpassingsvermogen en kunnen naast uitstekend graven ook zwemmen en klimmen. Zij geven de voorkeur aan waterrijke milieus, gezien ze dagelijks vocht nodig hebben. De bruine rat is voornamelijk ’s nachts actief. De reuk is het belangrijkste zintuig van de rat.

Het zijn alleseters met een voorkeur voor het beste wat voorhanden is: granen, knolgewassen, groenten, fruit, vlees, vis, etc. Gemiddeld eet een bruine rat 15-20 gram per dag.

Sporen en schade

De uitwerpselen van bruine ratten zijn bruin/grijs van kleur en zien er stomp uit (zo’n 2 cm lang en 0,5 cm dik). Naast uitwerpselen laat de bruine rat prenten en sleepsporen van de staart achter in stoffige omgevingen. Ook “buiksmeer” op veel belopen randen en knaagsel (van onder meer isolatiematerialen) of knaagschade kan een indicatie zijn van de aanwezigheid van ratten.

Bruine ratten zijn dragers van ziektekiemen (o.a. ziekte van Weil, paratyfus e.a.) en vormen daarmee een bedreiging voor de volksgezondheid. Ook kunnen zij veeziekten verspreiden. Daarnaast bevuilen ze voedselvoorraden met uitwerpselen en urine en kunnen verzakkingen optreden ten gevolge van graverijen door ratten.

Door hun knaaggedrag veroorzaken ratten knaagschade aan onder meer verpakkingsmaterialen, houten vloeren, leidingen, kabels (met storingen of kortsluiting als gevolg) en aan isolatiematerialen.

Wering

Voor particulieren zijn in Nederland geen chemische bestrijdingsmiddelen (biociden) toegelaten om ratten te bestrijden. Bestrijdingsmiddelen zijn slecht voor het milieu, kunnen resistentie veroorzaken bij onjuist gebruik en kunnen leiden tot doorvergiftiging naar dieren die vergiftigde ratten eten. Mede daarom is preventie van ratten van groot belang.

Preventieve maatregelen en weringsmaatregelen zijn o.a.:

  • Openingen in woningen en gebouwen dichten tot een maximale opening van 0,5 cm (in het algemeen wordt 0,5 cm aangehouden om ook muizen te weren);
  • Schuilplaatsen voorkomen;
  • Gebreken in het riool (laten) verhelpen;
  • Ruimten en omgeving goed schoonhouden;
  • Erven, terreinen en walkanten onderhouden;
  • Dichte begroeiing tegen gebouwen voorkomen;
  • Afval opbergen in goed afgesloten vuilcontainers;
  • Voedsel onbereikbaar maken voor ratten, bijvoorbeeld door het op te bergen in goed afsluitbare containers;
  • Voedselaanbod in tuinen beperken, zoals vogel- en huisdiervoer, fruit, vruchten en noten op de grond, door het tijdig op te ruimen.

Bestrijding

Mocht ondanks het treffen van preventieve maatregelen, bestrijding van ratten noodzakelijk zijn, kan dit het beste gebeuren met behulp van klapvallen (klemmen). Probeer zoveel mogelijk als collectief te handelen. Informeer buren of ook zij overlast ervaren en onderneem gezamenlijk actie, om migratie te voorkomen en de bestrijding zo effectief mogelijk te maken.

Plaats klapvallen op de looppaden van ratten, zodanig dat ze onbereikbaar zijn voor huisdieren of kinderen, bijvoorbeeld in een speciaal hiervoor bestemde rattenkist. Klemmen dienen te worden vastgezet ter voorkoming dat, een rat die niet direct door de klem is gedood, met klem en al verdwijnt.

Ratten zijn argwanend ten aanzien van alles wat binnen het leefgebied gebeurt, zo ook het plaatsen van vallen. Start daarom met pre-baiting: het plaatsen van voer terwijl de klem nog niet op scherp staat. Wanneer ze hier vertrouwen in hebben zullen ze hier komen eten, dit kan enkele dagen duren. Zodra de plek op een gegeven moment goed bezocht wordt, kan de klem op scherp worden gezet. Voorzie de klem van een aantrekkelijke lokstof, zoals pindakaas. Gevangen ratten kunnen worden afgevoerd met het restafval. Verwijder ook aanwezige uitwerpselen, zodat nieuwe sporen makkelijk gespot kunnen worden.

Let op: draag voor uw eigen veiligheid bij het verwijderen van ratten uit klemmen handschoenen en eventueel een mondkapje. Ook bij het verwijderen van uitwerpselen.

Wanneer de weringsmaatregelen en mechanische bestrijding tekort schieten kan een chemische bestrijding als laatste redmiddel dienen. Voor de uitvoering van een chemische bestrijding van de bruine rat wordt geadviseerd contact op te nemen met deskundigen in dienst van gemeenten of bestrijdingsbedrijven.

Namen van bedrijven kunt u vinden op de site van de beide brancheverenigingen (NVPB en Platform Plaagdierbeheersing) en bij de Kamer van Koophandel. Verifieer of medewerkers in het bezit zijn van een geldig bewijs van vakbekwaamheid “Beheersing plaagdieren en houtaantastende organismen”.

Advies

Mocht de bestrijdingsactie, uitgevoerd aan de hand van deze informatie onvoldoende resultaat geven, neem dan contact op met het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD).

Disclaimer

Deze informatie wordt u verstrekt zonder dat er een expert van ons ter plaatse geweest is. Dit betekent dat u deze informatie op eigen risico gebruikt. Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor enige (vervolg-)schade die hieruit voortvloeit. Om zeker te weten om welk dier het gaat en de overlast zoveel mogelijk te beperken, raden we u altijd aan om een determinatie bij ons te laten doen of een onderzoek ter plaatse te laten verrichten door een KAD-adviseur.